Afrikaanse Koninkrijken

                                                                    Adviseurs van de sultan, Kameroen 2010 ( foto H. Leyten)

Reeds lang voordat Europese koloniale machten Afrika opdeelden in staten kenden Afrikaanse volkeren hun eigen politieke- en machtsstructuren. Zo bestonden er al eeuwenlang koninkrijken, waarvan in deze artikelen verschillende worden behandeld, waaronder het Ashanti koninkrijk in de huidige republiek Ghana en het Kuba koninkrijk in de huidige republiek Kongo. De koningen werden gekozen uit de Koninklijke familie, maar om hun macht een legitieme basis te geven, werd er een mythische oorsprong aan gegeven. In de pre-koloniale tijd bezaten deze koningen grote macht: ze hadden hun eigen legers en waren verantwoordelijk voor de rechtspraak. Zij beschikten over leven en dood van hun onderdanen.
Vanaf het einde van de negentiende eeuw, toen de Europese koloniale regimes Afrika onder elkaar verdeelden, trokken zij alle macht van de Afrikaanse koningen naar zich toe. Tegelijk beseften Europeanen, dat het in ieders voordeel was om deze ‘traditionele’ machtsstructuren te handhaven. Zo ontstond een systeem van ‘indirect rule’, dat wil zeggen: de koloniale regeringen regeerden door middel van de traditionele leiders.
 Afrikaanse Koningen waren rijk door de belastingen die zij in natura oplegden aan hun onderdanen op landbouwproducten en jachtbuit. Tegelijk hadden zij de plicht om onderdanen die het nodig hadden, met gaven te ondersteunen.
De macht en het aanzien van de koningen lagen grotendeels in het prestige dat aan hun ambt verbonden was. Het prestige werd op zijn beurt uitbundig vertaald in somptueuze festivals en het tentoonspreiden van goud, kleding, sieraden en andere machtssymbolen.

Er zijn ook samenlevingen in Afrika die geen koningschap kennen of een andere vorm van centraal gezag, zoals de Igbo van Nigeria. Zij hebben van oudsher de macht gelegd bij de burgers.

Tags: Afrikaanse Koninkrijken , Ashanti, Bamum, Kuba, Luba

Print